EB & VLOED
"De zee is niet van water" - Adam Nicholson
LITORALE of INTERGETIJDE zone

GEO feiten
De intergetijdezone bestaat overal waar de oceanen land bereiken, aan kusten, van steile rots kliffen tot lange platte zandstranden of moerassen en moddervlaktes. Ook specifieke watermassa's zoals estuaria (mondingen), koraalriffen en mangroven behoren tot deze zone.
Deze zone wordt onderverdeeld in 4 groepen:
- zee-spray en spatzone (nat bij storm, waterdamp, druppels)
- hoogwater/vloedzone (dagelijks 2 maal overspoeld)
- midden zone (blijft vochtig tussen getijdewisseling)
- laagwater/eb-zone (steeds onder water, zelfs bij dood tij)
Langs de kusten ontstaat zo een zonering met verschillende kenmerken zowel van zeeorganismen als van erosie door golfslag en afhankelijk van de topografie ontstaan er getijdenpoelen, slikken en schorren of wadden, lagunes en duinen.


BIO feiten
De belangrijkste factor van overleven in de tussengetijde zone is de afwisseling van blootstelling aan lucht en water. Om niet te dehydrateren hebben de organismen de keuze:
- vluchten naar een getijdepoel, spleet of holte
- toeklappen, sluiten van twee zijden van de schelp of van hun "operculum", een stijf plaatje als "deur"
- uitdroging overleven (wieren kunnen tot 75% van hun vocht verliezen en zich volledig herstellen bij hoogtij)
Ze zijn onderhevig aan golfslag. Ontwikkelen daardoor bv. flexibiliteit (zeeanemoon, zeewier) of leven in groepen samen (mosselbank) om de inslag van de golven op te vangen.
Ze moeten zich niet enkel beschermen tegen de gevolgen van de getijden maar ook tegen predators van op land en uit de lucht, vandaar de schelpen en de ruigere vormen (zeester, zeewier).
ALGEN & ZEEANEMOON
Algen is de verzamelnaam voor relatief eenvoudige organismen die aan fotosynthese doen en niet behoren tot de plantensoort. Algen hebben geen bladeren, wortels, bloemen of andere organische structuren. Er bestaan twee soorten algen: macroalgen (zeewier of kelp) en microalgen (fytoplankton). Algen produceren ongeveer 1/2 van de zuurstof in de atmosfeer.

GETIJ & GOLF

Het getijde, de periodieke wisseling van de zeespiegelhoogte door wisselwerking tussen maan en aarde, wordt bepaald door de latitude, de waterdiepte, de kustvorm en het weer (luchtdruk en wind). Het hoogste getijverschil (Bay of Fundy, Canada) meet 16m.
De golfslag wordt deining genoemd als de wind geen rol speelt. De hoogste golf gemeten is 19m hoog. Golven in de getijde zone worden hoger, minder snel en schever (refractie), breken door hun hoogte, doen een branding ontstaan in ondiep water.
Het geluid van brekende golven wordt foutief "white noise" (witte ruis) genoemd omwille van zijn frequentie en is eigenlijk "brown noise". "White noise" wordt aangeraden na een stressvolle dag om te ontspannen of in te slapen. "Black noise", ook een aanrader, is stilte.

ZEESPRAY
Miljoenen micro-organismen per m2 land (aeroplankton, virussen, bacteriën) zijn dagelijks afkomstig van het spatten van de zee aan de kust.
Fytoplankton, verheven in de atmosfeer door brekende golven, samen met zout en andere koolstofrijke aerosolen, (organisch materiaal) spelen een rol in wolkenvorming en klimaat.
ZOUT

ZOUTPAN
Om
zeezout uit de zee te halen worden lage muurtjes in de getijdezone gebouwd.
Achter de muurtjes liggen grote vierkante kuilen, bekkens of zoutpannen.
Langzaam stroomt het zeewater van het ene bekken naar het andere, van de
grotere naar de kleinere. De zon verhit het water, waarvan steeds meer
verdampt. Als het helemaal verdampt is, blijft het zout over.

ONTZILTEN
Drinkwater komt van grondwaterbronnen en oppervlaktewater na filtering tot in de kraan. De stijging in vraag (70% tegen 2040) zal nog meer waterschaarste doen ontstaan. Om de tekorten tegemoet te komen zal ontzouting (ontzilting) van zeewater en hergebruik moeten verbeteren.
De bestaande ontziltingsmethodes zijn destillatie (verdamping en condensatie met filtering) en omgekeerde osmose (RO). RO is zuiniger in energie, 2-4kWh/m3 t.o.v. 15-30 kWh/m3 geproduceerd water en het resulterende water via RO is zo zuiver dat er na afloop mineralen worden toegevoegd.

RED TIDE
"Red tide" of schadelijke algenbloei treedt op wanneer microscopische algenkolonies uit de hand lopen terwijl ze toxische of schadelijke stoffen produceren. Zoals de naam al doet vermoeden, kleurt de bloei van algen het water rood. De microscopische algen zijn de belangrijkste energiebron die het voedsel web van de oceaan voedt maar kunnen schadelijk worden wanneer massa's afsterven en ontbinden door vervuiling of de opwarming van de aarde. Het rottingsproces zal de zuurstof in het water uitputten waardoor dieren het gebied verlaten of sterven.

SPECIFIEKE GETIJDEZONES

MANGROVE
Mangroves zijn ecosystemen van vegetatie met opvallende uit de grond stekende ademende wortelstelsels. Ze komen voor in tropische kustgebieden en rivierdelta's en zijn onderhevig aan getijden. Mangroven hebben een hoge biodiversiteit dankzij de beschutting en beslaan 0,3% van het landoppervlak op aarde. Mangroves zijn belangrijk voor de maatschappij om verschillende redenen. Visvangst (toevluchtsoord voor jonge vissen, groeisubstraat voor crustaceeën) en houtproducten, kustbescherming en waterzuivering. Mangroven behoren tot de meest bedreigde ecosystemen ter wereld. Naar schatting zijn ze sinds de jaren 80 wereldwijd met 30 tot 50% afgenomen. Wat bijzonder jammer is omdat ze 4x meer koolstof vastzetten dan andere tropische bossen. De bedreiging komt vanuit de landbouw (rijstvelden, kokos- en palmolie plantages) en de aquacultuur (garnalenteelt) maar ook stedelijke uitbreiding en de zeespiegelstijging door klimaatsopwarming.


KORAALRIF
Een koraalrif is een natuurgebied van poliepen (geen planten of stenen). De koralen maken samen een bouwwerk van kalk, dat langzaam groeit. Ze herbergen de grootste diversiteit van alle ecosystemen ter wereld.
Koralen bestaan in onvoorstelbaar veel vormen en maten, vertakt, uitgestrekte matten met rechtopstaande paddenstoelvormig of bladachtig, hard of zacht. Stroming en vooral licht hebben deze vormen bepaald.
Koraalriffen ondersteunen rechtstreeks meer dan 500 miljoen mensen wereldwijd. Ze behoren tot de meest bedreigde ecosystemen, als gevolg van klimaatsopwarming. Volgens UNESCO zouden de koraalriffen in alle 29 rif bevattende werelderfgoed locaties tegen het einde van deze eeuw ophouden te bestaan.


ESTUARIUM
Een verbrede, veelal trechtervormige monding van een rivier waar zoet en zout water vermengd wordt tot brak water en waar getijdeverschil waarneembaar is. Wanneer de rivier als een stelsel van aftakkingen uitmondt, spreekt men van een delta. Ze bestaan uit slikken en schorren.
Een slik of wad is een droogvallende plaat bij laag water, dus tweemaal per dag. De kleine deeltjes die in het zeewater zweven en bezinken vormen een zwarte stinkende laag van rottende dode resten van wieren en andere organismen. Schorren zijn ontstaan uit slikken waar steeds bij eb meer afzetting achterblijft. Schorren lopen enkel onder, staan blank, bij erg hoge waterstanden. Ze zijn begroeid.
De getijdewerking kan tot ver landinwaarts waargenomen worden. Vb. Getijdewerking van de Schelde en zijrivieren in Vlaanderen, meer dan 60km landinwaarts
